Ondersteun leerlingen en studenten effectief bij het thuis leren met deze vijf basisingrediënten van zelfregulatie
Zelfregulatie was al een hot topic voor docenten, maar door de coronacrisis werd het ook menens voor leerlingen en studenten. Van de ene op de andere dag moesten zij massaal thuis leren en zelf aan de slag met de informatie die bij hen binnenkwam. Plots was er geen docent meer die ervoor zorgde dat leerlingen de aandacht bij de les hielden. Ook docenten en ouders werden in het diepe gegooid en moesten het versnelde proces naar zelfstandigheid (online) begeleiden.
In deze serie wil ik docenten en ouders handvatten geven uit de wetenschap over hoe zij jongeren effectief kunnen begeleiden bij het thuis leren. Dat zal ik doen aan de hand van de vijf zelfregulatie basisingrediënten van effectief thuis leren:
1. Aandacht & concentratie
2. Organiseren & prioriteren
3. Studietechnieken
4. Motivatie & uitstelgedrag
5. Reflecteren
1. Aandacht & concentratie
De uitdaging van afleiding
Het is een flinke uitdaging voor jongeren om zich te concentreren wanneer alles om hen heen schreeuwt om aandacht. Tijdens het thuis leren worden ze gebombardeerd met opdringerige notificaties van smartphone, iPad en computer. De algoritmes op newsfeeds als Snapchat, Instagram en Twitter zijn geoptimaliseerd om de aandacht zo lang mogelijk vast te houden en smeken om interactie (clicks, likes, comments en shares). Het is dan ook niet vreemd dat leerlingen gemiddeld zo'n 85 keer per dag op hun smartphone kijken, er meer dan twee uur per dag op doorbrengen en dat hun IQ-score 15 punten lager ligt wanneer hun smartphone binnen handbereik ligt. Het brein wordt goed in wat het vaak doet, dus als leerlingen vaak worden afgeleid, zullen zij vooral goed worden in afgeleid raken. Daarom is het cruciaal om vroeg aandacht te besteden aan het bewaken van aandacht en concentratie.
Hoe het brein aandacht stuurt
Voordat ik wat tips geef, zal ik eerst een klein beetje inzicht geven in hoe het brein aandacht stuurt. Aandacht werkt als een soort filter. Je wordt je alleen bewust van de informatie waar je aandacht op is gericht. Zodra de informatie in je brein binnenkomt, worden alle informatiebronnen genegeerd, op eentje na, zodat je die goed kunt waarnemen. Soms wordt je aandacht automatisch naar iets getrokken, zoals wanneer je een notificatie krijgt van Facebook of je mail. Een klein hersengebiedje in je hersenstam (de locus coeruleus) signaleert dat er iets opwindends of opmerkelijks gebeurt en stuurt noradrenaline (een opwekkende neurotransmitter) naar andere hersengebieden. Het gebied net achter je voorhoofd (de prefrontale cortex) zorgt ervoor dat je je aandacht meteen automatisch richt op de informatiebron.
Helaas richt je aandacht zich niet altijd zo gemakkelijk automatisch ergens op. Je aandacht langdurig richten op moeilijk of saai huiswerk kan knap lastig zijn. Je zult er dan moeite voor moeten doen om je daarop te concentreren. Het hersengebied dat je helpt om te concentreren is opnieuw de prefrontale cortex. Juist, datzelfde hersengedeelte dat automatisch de aandacht richt op een appje of iets anders nieuws of interessants, moet leerlingen ook bij de les houden. Het wordt ons dus van nature ook niet makkelijk gemaakt. Voor jongeren is het extra lastig, omdat de prefrontale cortex bij hen nog volop in ontwikkeling is. Jongeren kunnen zich dan ook korter concentreren dan volwassenen.
Tips om concentratie te bevorderen
Als je jongeren wilt ondersteunen bij het bewaken van hun concentratie, dan kun je dat doen door de leerstof motiverender te maken (hier sta ik bij punt 4 'Motivatie' uitgebreid bij stil) en door hen te leren dat ze hun omgeving zo inrichten dat het moeilijker wordt voor afleidende informatie om het brein te bereiken. Hier zijn een paar tips:
- Moedig jongeren aan om hun smartphone op de vliegtuigstand te zetten of weg te leggen in een andere kamer.
- Spoor jongeren aan om alle notificaties uit te zetten. Niet alle docenten en leerlingen weten hoe dit moet. Online kunnen leerlingen elkaar hiermee helpen.
- Nodig jongeren uit om afleiders te vernietigen als er toch weer een afleider binnentreedt tijdens het thuis leren.
- Vraag jongeren om websites te blokkeren waar ze vaak naartoe gaan met een website blocker.
- Stimuleer jongeren om oordopjes in te doen of een koptelefoon met muziek zonder tekst op te zetten.
Experimenteer en discussieer
Om leerlingen echt te bewegen deze tips toe te passen, zul je als ouder of docent didactische technieken moeten inzetten. Van huis uit ben ik wetenschapper, dus ik vind het altijd leuk om kleine experimentjes op te zetten. Vraag leerlingen bijvoorbeeld de ene week om hun afleiders aan te houden tijdens het thuis leren en de andere week om alles zo goed mogelijk af te sluiten. Hier kan vervolgens over gediscussieerd worden. Wat viel hen op? Waren ze sneller klaar met hun huiswerk? Hoe denken ze dat de makers van de apps waar ze op zitten geld verdienen? Hoe denken ze nu zelf dat ze hun omgeving willen inrichten? Hebben ze misschien nog tips voor elkaar?
2. Organiseren & prioriteren
Het moge duidelijk zijn dat jongeren die thuis leren behoorlijk wat informatie moeten verwerken. Tot nu toe heb ik me gericht op het buitensluiten van informatie die het leerproces verstoort. Maar er is natuurlijk ook zinvolle educatieve informatie die we juist willen laten binnenkomen bij jongeren. Vaak vinden zij het echter moeilijk om de binnenkomende informatie goed te organiseren en prioriteren. Ouders en docenten kunnen hen hierbij ondersteunen door te helpen bij het opzetten van een systeem waarmee jongeren kunnen oefenen met deze vaardigheden.
In veel onderwijsinstellingen werken leerlingen vooral met Magister, maar doordat alles automatisch in een agenda wordt geplaatst, leren jongeren niet écht om zelf te plannen, organiseren en prioriteren. Een vrij eenvoudig programma dat leerlingen en studenten kunnen gebruiken, en wat ze ook al goed voorbereidt op het werkleven, is een programma zoals Trello of Slack. Bij beginners heb ik een sterke voorkeur voor Trello. Dit is een veredeld notitieblokje met verschillende notitieblaadjes waarop je taken kunt schrijven en heen en weer kunt slepen. Ouders en docenten kunnen hierdoor eenvoudig meekijken naar de (poging tot) structuur en hierop feedback geven. Wederom een paar tips:
- Bied als docent structuur en duidelijkheid over de leerdoelen en verwachtingen.
- Stimuleer jongeren om informatie waarmee ze iets moeten doen direct op te schrijven, het liefst op iets wat ze altijd bij zich hebben zoals een smartphone, notitieblokje of agenda.
- Vraag leerlingen om de taakjes en informatie die ze gedurende de dag hebben verzameld op te schrijven in Trello.
- Doe oefeningen met jongeren waardoor ze leren prioriteren, bijvoorbeeld door ze hun taakjes in volgorde van belangrijkheid te laten schuiven.
- Help ze om grote taken (zoals een profielwerkstuk) op te delen in haalbare kleinere taken (eerste twee paragrafen van de inleiding).
- Help ze een structuur te ontwikkelen in Trello die de prioritering inzichtelijk maakt. Een bekende structuur uit het bedrijfsleven is "To do, Doing, Done". Zelf prefereer ik de Eisenhower Matrix, waarin op twee assen een onderscheid wordt gemaakt tussen urgentie en belangrijkheid.
Door jongeren te ondersteunen bij het opzetten van een systeem en hier regelmatig naar te kijken en feedback op te geven, worden ze gestimuleerd om met een systeem te experimenteren. Uiteindelijk heeft iedereen een beetje zijn of haar eigen systeempje, en dat is prima. Maar het is extreem waardevol om hier al van jongs af aan mee te oefenen.
3. Studietechnieken
Zodra jongeren met studiemateriaal aan de slag gaan, is het van belang dat ze effectieve studietechnieken inzetten, waarmee informatie goed blijft beklijven in het brein. De meest gebruikte technieken zijn markeren, samenvatten, teksten herlezen en aantekeningen maken. Wees echter kritisch op hoe deze technieken worden ingezet.
Het eerste probleem is dat jongeren deze technieken vaak niet goed beheersen. We vergeten soms dat deze vaardigheden (op teksten herlezen na) best complex zijn. Ondersteun leerlingen daarom bij het ontwikkelen ervan. Geef regelmatig feedback, of laat leerlingen elkaar feedback geven, op samenvattingen, markeringen en aantekeningen. Nodig ze eens uit om te lezen wat de do's en dont's zijn als het gaat om deze vaardigheden.
Het tweede probleem met technieken zoals markeren, samenvatten en herlezen is dat het niet per se de meest effectieve technieken zijn. Vooral teksten markeren en herlezen zijn passieve processen. Maar ook wanneer jongeren samenvatten door teksten gedachteloos over te schrijven, zijn ze erg passief bezig. Voor de geheugenopslag is het juist cruciaal dat jongeren actief aan de slag gaan met de leerstof.
Hieronder enkele tips voor effectieve actieve studietechnieken:
- (Stimu)leer leerlingen/studenten een schema of mindmap te maken en geef hier regelmatig feedback op.
- Probeer jongeren zichzelf en elkaar vragen te laten stellen over de leerstof, bijvoorbeeld door gebruik te maken van een leuke quizvorm.
- Laat leerlingen tijdens het lezen zoveel mogelijk nadenken over het beantwoorden van het leerdoel. En als ze het antwoord niet weten, laat ze dan aangeven waar ze vastlopen.
- Moedig leerlingen aan om zelf geheugensteuntjes te maken, zoals een eigen variant van de methode of loci (ook wel het geheugenpaleis genoemd), en deze in te zetten.
- Kijk of je jongeren kunt bewegen om de stof (online) aan elkaar uit te leggen.
- Laat leerlingen tegelijkertijd bewegen en leren. Bijvoorbeeld door kaartjes op een muur te plakken met aan de ene kant een Nederlands woord en aan de andere kant een Franse vertaling. Wanneer ze een balletje tegen een kaart gooien, moeten ze de vertaling noemen.
Deze strategieën worden ook uitvoerig besproken op onze website en in onze Pocket Didactiek app.
Door jongeren te ondersteunen bij het ontwikkelen van effectieve studietechnieken, help je ze om actiever en diepgaander met de leerstof bezig te zijn. Dit bevordert niet alleen het onthouden en begrijpen van de informatie, maar maakt het leren ook leuker en motiverender. Experimenteer samen met de jongeren om te ontdekken welke technieken voor hen het beste werken.
4. Motivatie
Organiseren en prioriteren, effectieve studietechnieken... allemaal leuk en aardig, maar als leerlingen niet gemotiveerd zijn om met de materie aan de slag te gaan, wordt het toch een lastig verhaal. Passieve houdingen van leerlingen zijn in de klas al een veelvoorkomend probleem. Verschillende inspectierapporten laten zien dat Nederlandse leerlingen relatief ongemotiveerd zijn. In het klaslokaal kun je een passieve houding waarnemen en proberen er iets aan te doen. Wanneer leerlingen thuis leren, is het nog moeilijker die passieve houding waar te nemen. De motivatie moet dus ogenschijnlijk nog meer uit jongeren zelf komen. Dat is thuis extra lastig, aangezien het studiewerk daar de concurrentie aan moet gaan met digitale media zoals smartphones, laptops en gamecomputers. Als docent kun je jongeren helpen door leerdoelen en werkvormen in te zetten die jongeren intrinsiek motiverend vinden.
Iedere docent zal gehoord hebben van de zelfdeterminatietheorie, maar voor de ouders volgt hier nog een korte samenvatting. Het basale idee van deze theorie is dat de intrinsieke motivatie van jongeren kan worden verhoogd wanneer voldaan wordt aan drie universele basisbehoeften: autonomie, competentie en verbondenheid. Autonomie houdt in dat we zelf willen beslissen over wat we doen en laten. Competentie betekent dat we het gevoel hebben dat we iets kunnen, zoals het maken van een huiswerkopdracht. Verbondenheid houdt in dat we een sociale connectie hebben met anderen om ons heen. Nu weten we dus aan welke knoppen we kunnen draaien om de motivatie van jongeren te vergroten. Hierbij enkele concrete tips:
Autonomie:
- Betrek jongeren bij het beslissingsproces of geef ze keuzemogelijkheden. Bijvoorbeeld bij de manier waarop ze laten zien dat ze een bepaalde vaardigheid onder de knie hebben. Dat hoeft niet altijd door een toets te maken. Het kan ook via een vlog, infographic of mindmap.
- Probeer aansluiting te zoeken bij de belevingswereld van jongeren. Vraag ze wat zij online doen en wellicht kun je je leermateriaal er motiverender door maken. Zijn ze gek op Twitter? Wat dacht je van een groepsdiscussie op Twitter? Is Tinder cool? In plaats van het te hebben over de Duitse naamvallen of de Engelse past tense, laat ze een Tinder profiel maken. Zitten ze voornamelijk op 9gag? Je kunt ongetwijfeld het leerdoel opleuken door ook ruimte te maken voor grappige memes die de leerlingen/studenten mogen maken.
- Zet gamification technieken in. Bij het motiveren van leerlingen kunnen we veel leren van de gamewereld. De gamewereld is al jaren bezig om te proberen te begrijpen hoe ze de aandacht van gamers kunnen vasthouden. Het inzetten van spelelementen in de wereld buiten het spel wordt gamification genoemd.
Competentie:
- Geef positieve feedback in plaats van vooral te benoemen wat nog niet goed gaat.
- Begin bij het bespreken van resultaten met de zaken die al goed gaan.
We zijn vaak geneigd om eerst te spreken over de vakken waar het nog niet zo goed gaat. - De kans is groter dat leerlingen/studenten doorgaan met een vak waar ze goed in zijn dan een vak waar ze minder goed in zijn. Probeer ze daarom extra uit te dagen op vakken waar ze goed in zijn. Of probeer een brug te slaan tussen een vak waar ze wel goed in zijn naar een vak waar ze minder goed in zijn. Als iemand bijvoorbeeld erg goed is in Frans, maar niet in economie, laat diegene dan eens een economie boek voor beginners in het Frans lezen.
Verbondenheid:
- Laat jongeren weten dat je geïnteresseerd bent in wat er in hun leven speelt. Bijvoorbeeld door eens een online één-op-één gesprek te houden.
- Zet opdrachten in waar jongeren samen moeten werken. Bijvoorbeeld door jongeren op te splitsen in break-out rooms of door een gedeeld online document waar ze samen aan moeten werken.
- Jongeren missen de sociale omgang met leeftijdsgenoten enorm. Kijk of je leuke gezamenlijke online activiteiten kunt faciliteren. Bijvoorbeeld door een balletje op te gooien of jongeren na schooltijd samen een online (educatieve) game of serie te laten spelen/kijken.
5. Reflecteren
De heilige graal van het (thuis) leren is misschien wel reflecteren. In dit artikel geef ik jou als docent of ouder tips om jongeren te helpen bij het thuis leren. Maar in een ideale situatie constateren jongeren zelf dat ze bepaalde vaardigheden of kennis nog niet bezitten en gaan ze daar actief mee aan de slag. We willen leerlingen dus stimuleren om na te denken over hoe ze thuis leren. Het overdenken van het eigen gedrag met als doel positief te ontwikkelen noemen we reflecteren.
Valkuilen van reflectieformulieren
Veel scholen proberen het reflectieproces te faciliteren met behulp van reflectieformulieren, maar dat is niet per se de meest doeltreffende aanpak om leerlingen te leren reflecteren. Ten eerste komen de vragen niet vanuit de leerling zelf, maar vanuit de docent. Wat je uiteindelijk wilt bereiken is dat leerlingen zelfstandig zinvolle, kritische vragen bedenken. Dat leren ze minder goed wanneer de vragen al kant-en-klaar op een formulier staan.
Ten tweede zijn de reflectievragen op een formulier voor iedereen gelijk, terwijl jongeren vaak verschillende aandachtspunten hebben waar de vragen over zouden moeten gaan. De ene stelt huiswerk uit, de andere vat niet goed samen.
Ten derde is mijn ervaring dat de vragen op reflectieformulieren vaak betrekking hebben op een te lange periode. Hierdoor worden de antwoorden oppervlakkig ("ik ga beter mijn best doen") en vindt er geen snelle terugkoppeling op het gedrag plaats (terwijl we juist het best leren van feedback die snel op het gedrag volgt).
Kortom, we streven naar reflectievragen die vanuit de leerlingen zelf komen, die persoonlijk zijn, die gaan over een korte periode (liever nog reflecteren over je gedrag vandaag dan over het gedrag van vorige week) en die gericht zijn op concreet gedrag in plaats van een algemeen resultaat.
De reflectiecyclus
Om dit te realiseren kunnen docenten en ouders een reflectiecyclus hanteren. Een leerling stelt een (gedrags)plan op, oefent daarmee, evalueert hoe het ging en past vervolgens het plan weer aan. Een goed gedragsplan bevat een trigger (een signaal waarna je aan de slag gaat), een startritueel (eenvoudig gedrag om uitstelgedrag te voorkomen en concentratie te verhogen), gedrag (dat realistisch en concreet omschreven is) en een beloning.Een voorbeeld van een gedragsplan: "Na het middageten (trigger), zet ik mijn smartphone op de vliegtuigstand en mijn websiteblocker aan (simpel, concentratieverhogend startgedrag). Daarna ga ik tenminste 30 minuten Engels studeren (concreet, realistisch gedrag). Als ik klaar ben mag ik een aflevering Game of Thrones kijken met de Engelse ondertiteling aan (educatieve beloning)."
Met dit gedragsplan in de hand wordt het voor leerlingen veel makkelijker om zichzelf gerichte reflectievragen te stellen:
- (Trigger) "Begon ik vandaag na mijn trigger?"
- (Startritueel) "Stelde ik het maken van huiswerk uit?"
- (Gedrag) "Is het me vandaag gelukt om mijn smartphone op vliegtuigstand te zetten?" Waarom wel/niet?
- (Gedrag) "Hoeveel minuten heb ik aan mijn huiswerk besteed?".
- Hoe kan ik mijn plan bijstellen zodat ik het volgende keer nog een klein beetje beter doe?
Reflecteren op de lange termijn
Zodra jongeren deze basistechnieken onder de knie hebben, kun je ze uitdagen om wat dieper na te denken. Wat valt hen op als ze terugkijken op meerdere dagen? Zien ze een verband met hun gemoedstoestand (moeheid, stress, drukte)? Hebben ze het gevoel dat ze zich sneller ontwikkelen door te reflecteren?
Tot slot
Kort samenvattend komt er bij effectief thuis leren behoorlijk wat kijken. Als docenten en ouders gaan we er vaak te gemakkelijk van uit dat leerlingen het thuis leren zelfstandig wel oppakken. Maar veel jongeren beheersen de basisingrediënten nog onvoldoende om effectief thuis te kunnen leren. Bij het aanleren van die basis is hulp van docenten en ouders welkom. Jullie hebben hier meer ervaring mee en kunnen helpen structuur te bieden. Wanneer je deze basisingrediënten onder de knie hebt, heb je daar de rest van je leven profijt van en zal niet alleen je studentenleven, maar ook je werkleven een stuk soepeler verlopen. Het is dus waardevol om hier van jongs af aan systematisch op te trainen.
Meer weten?
In dit stuk hebben we een tipje van de sluier opgelicht over de basisingrediënten van effectief thuis leren. Maar alleen het lezen van informatie zorgt er niet per se voor dat jij als ouder of docent deze technieken effectief kunt inzetten. Daarom biedt LeerGewoonte workshops en webinars aan om docenten te ondersteunen. We hebben workshops en webinars over alle onderwerpen die in dit stuk zijn aangekaart:
1. Aandacht & concentratie
2. Organiseren & prioriteren
3. Studietechnieken
4. Motivatie
5. Reflecteren
De workshops en webinars worden los aangeboden, maar wij geloven het meest in een lange termijn benadering waarin alle onderwerpen aan bod komen en waar docenten en ouders tussen de sessies door de strategieën toepassen op jongeren. Daarom bieden we de workshops en webinars aan in een gebundeld pakket.
De webinars duren 1 tot 2 uur, afhankelijk van jouw wensen, en alle docenten en ouders gerelateerd aan de onderwijsinstelling mogen meedoen (onze maximale capaciteit is 500 deelnemers). We hebben de ideale mix van praktijkervaring en wetenschap in huis. Onze webinars zijn altijd interactief en informatief en we zorgen ervoor dat de kennis ook echt wordt toegepast door docenten.
Nu enthousiast? Klik hier!
Ook interessant
Gerelateerde verhalen
Nog geen reacties
Laat ons weten wat je denkt